naar hoofdtekst gaan

Het scherm Wi-Fi Connection Assistant van Canon

De items in het venster Canon Wi-Fi Connection Assistant

Als u Wi-Fi Connection Assistant opstart en Printer voor netwerk instellen selecteert, wordt onderstaand venster weergegeven. Gedetecteerde printers worden in het scherm vermeld en de onderstaande items worden getoond.

afbeelding: het venster Wi-Fi Connection Assistant
A: Productnaam (Product Name)

Hier wordt de productnaam van de gedetecteerde printer weergegeven. Het onderstaande pictogram verschijnt links in het scherm als de printer niet kan worden gebruikt.

: Dit wordt weergegeven wanneer de printerinstelling vereist of niet geconfigureerd is.

: wordt weergeven wanneer het IP-adres naar een andere printer is gedupliceerd.

: wordt weergegeven wanneer u niet kunt communiceren met de printer.

Opmerking

B: Serienummer (laatste 5 cijfers) (Serial Number (Last 5 Digits))
Hiermee worden de laatste vijf cijfers van het serienummer van de printer weergegeven.
C: Status

Hiermee wordt de printerstatus weergegeven, zoals hieronder geïllustreerd.

  • Beschikbaar (Available)

    Geeft aan dat de printer beschikbaar is.

  • Installatie voltooid (Setup Completed)

    Wordt weergegeven nadat de netwerkconfiguratie is uitgevoerd en de gebruiker op Instellen (Set) heeft geklikt om het venster te sluiten.

  • Vereist instelling (Requires Setup)

    Dit geeft aan dat de printer een Wi-Fi-installatie moet uitvoeren.

  • Niet ingesteld (Not Set)

    Geeft aan dat de printer niet kan worden gebruikt op het netwerk of dat IPv6 is uitgeschakeld. Geef een IP-adres op of schakel IPv6 in Netwerkinstellingen... (Network Settings...) in.

  • IP-adresoverlap (IP Address Overlap)

    Geeft aan dat het IP-adres naar een andere printer is gedupliceerd.

  • Onbekend (Unknown)

    Geeft aan dat een in het verleden als Beschikbaar (Available) herkende printer momenteel niet kan worden gebruikt.

    Opmerking

    • Wanneer USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt er niets weergegeven.

D: IP-adres (IP Address)

Geeft het IP-adres van de printer weer. Er wordt niets weergegeven als de printerstatus Vereist instelling (Requires Setup) is.

Opmerking

  • Als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt "-" weergegeven.
E: Locatie (Location)

Geeft de printerlocatie weer als deze is geregistreerd. Er wordt niets weergegeven als de printerstatus Vereist instelling (Requires Setup) is.

Opmerking

  • Wanneer USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt er niets weergegeven.
F: Verbindingsmethode (Connection Method)

Hier wordt de printerverbindingsmethode weergegeven (via bedraad LAN, Wi-Fi, of USB).

Opmerking

  • Wanneer USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt USB weergegeven.
  • Als de printer beide LAN-verbindingsopties ondersteunt, wordt de printer herkent als twee printers en worden ze apart weergegeven. (Dezelfde nummers worden weergegeven op Serienummer (laatste 5 cijfers) (Serial Number (Last 5 Digits)).)
  • Als de printer bedraad LAN niet ondersteunt, wordt deze niet weergegeven.
  • Indien u Wi-Fi Connection Assistant gebruikt op een computer die Wi-Fi niet ondersteunt, wordt Wi-Fi niet weergegeven.
G: Configuratiemethode (Setting Method)

Hier wordt de configuratiemethode voor de printer weergegeven.

  • Automatisch (Auto)

    Wordt weergegeven als de printer wordt gebruikt via een automatisch opgegeven IP-adres.

  • Handmatig (Manual)

    Wordt weergegeven als de printer wordt gebruikt via een handmatig opgegeven IP-adres.

Opmerking

  • Als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt "-" weergegeven.
H: MAC-adres (MAC Address)

Hier wordt het MAC-adres van de gedetecteerde printer weergegeven.

Opmerking

  • Als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt "-" weergegeven.
I: Apparaatnaam (Device Name)

Geeft de apparaatnaam van de printer weer als deze is geregistreerd.

Opmerking

  • Wanneer USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt er niets weergegeven.
  • Wanneer bij Status Vereist instelling (Requires Setup) wordt weergegeven, wordt de printer niet weergegeven.
J: IPv6

Aan (On) verschijnt als een IPv6-adres wordt toegewezen voor de printer.

Opmerking

  • Als USB is geselecteerd in het vervolgkeuzemenu op de werkbalk, wordt "-" weergegeven.

K: Hierin worden de status van de printer en bedieningshandleidingen weergegeven.
Als u een printer selecteert in de printerlijst, worden de huidige status en de volgende actie weergegeven.

De menu's in het venster Canon Wi-Fi Connection Assistant

In deze sectie worden de menu's in het venster Canon Wi-Fi Connection Assistant beschreven.

afbeelding: het venster Wi-Fi Connection Assistant
A: Printerinstellingen (Printer Settings)-menu
B: Beeld (View)-menu
C: Optie (Option)-menu
D: Help-menu

De items op de werkbalk van het venster Canon Wi-Fi Connection Assistant

In deze sectie worden de items op de werkbalk van het venster Canon Wi-Fi Connection Assistant beschreven.

afbeelding: het venster Wi-Fi Connection Assistant
A: Voer installatie bedraad of met Wi-Fi uit.

Opmerking

B: Hiermee detecteert u printers opnieuw.

Opmerking

C: Hiermee stopt u het detecteren van printers.

Opmerking

D: Hiermee schakelt u tussen printerlijsten. (IPv4, IPv6, of USB-printers)

Opmerking

  • Dit onderdeel heeft dezelfde functie als Wijzig weergave (Switch View) in het menu Beeld (View).
  • U kunt ook de via USB verbonden printerlijst weergeven. (Niet beschikbaar bij bepaalde modellen.) Selecteer in dit geval USB.
E: Hiermee geeft u deze handleiding weer.

Opmerking